De gruwelijk bomaanslag in het Turkse Gaziantep, op wat waarschijnlijk een Koerdische bruiloft was, is het zoveelste voorbeeld van een soort van imperialistische gruwelijkheden die nu vooral burgerslachtoffers maken buiten de directe oorlogsgebieden. Mijn gedachten gaan allereerst uit naar de slachtoffers, waaronder vele kinderen. Met name individuele terroristen worden ingezet als strijd-‘middel’ – in dit geval zelf een kind, naast dader ook slachtoffer van deze afschuwelijke oorlog.
Individueel terrorisme in onze tijd
Het individuele terrorisme van onze tijd is verbonden met terroristische organisaties die slachtingen aanrichten onder burgers als onderdeel van hun deelname aan interimperialistische conflicten. Deze individuen zijn organisatorisch verbonden, soms slechts ideologisch zoals in het geval van de ‘lone wolves’ die sympathiseren met IS zonder er deel van uit te maken.
Islamitische Staat doodt uit wraak zoveel mogelijk burgers van de imperialistische staten of aspirant-staten die IS verslaan. De PKK is zo’n aspirant-staat (ondanks zijn anarchistisch schaamschort) die waarschijnlijk IS wilde treffen met de zelfmoordaanslag op een Koerdische bruiloft in Oost-Turkije afgelopen weekend. Bij de Koerdische aanslagen tegen de Turkse politie vallen ook regelmatig burgerslachtoffers, maar dat is perfect verdedigbaar binnen de imperialistische logica: wanneer de PYD/PKK in Irak strijd voert met IS, vallen er toch ook burgerslachtoffers?
Achter de zelfmoordbomaanslag kan ook Ahrar al-Sham of Jabhat al-Nusra zitten, beide aan al-Qaeda gelieerde groepen in Syrië die in het verleden (net zoals IS) door Erdogan werden gesteund, en waarschijnlijk nog steeds. Dat stelt de gespeelde verontwaardiging van Erdogan over de aanslag in een akelig daglicht.
De ware toedracht zal waarschijnlijk nooit blijken, maar het is duidelijk dat de zelfmoordaanslagen, door wie ook gepleegd, deel uitmaken van de interimperialistische conflicten die steeds grotere delen van de wereld verscheuren.
En wat ook de eventuele illusies mogen zijn van degenen die deelnemen aan de imperialistische oorlog op het grondgebied van ‘Syrak’ of elders – van ‘communualistische’ anarchistische dromen over Kobane en Rojava, tot de hoop dat de dood in de Jihad alle doodzonden van een crimineel leven zal schoonwassen – al deze drogredenen dienen om imperialistische gruwelijkheden tegen de mensheid mogelijk te maken.
Hoe een einde maken aan de imperialistische oorlog?
Honderd jaar geleden, in 1916 – terwijl in de Eerste Wereldoorlog miljoenen arbeiders in uniform elkaar afslachtten – schoot Friedrich Adler de minister-president van Oostenrijk dood. Adler was prominent lid van de nationalistisch geworden Oostenrijkse SDAP en nam ten opzichte van de oorlogsdeelname eenzelfde standpunt in als de centristen in Duitsland: verdedigingsoorlog ‘ja’, aanvalsoorlog ‘nee’.
Adlers individuele daad leidde onder de internationalistische socialisten tot discussies over terroristische tactieken. Deze ‘radicalen’ die later de kern van de communistische partijen zouden vormen, verzetten zich tegen elke deelname aan de oorlog, ook als deze deelname werd gemotiveerd als ‘vaderlandverdediging’.
In De Nieuwe Tijd geeft Anton Pannekoek deze discussies weer en neemt stelling in tegen het gebruik van terrorisme – zoals de latere Moskou-getrouwe Wijnkoop – als tactiek tegen de oorlog, en voor de proletarische massastrijd zoals Henriëtte Roland Holst en Karl Radek die naar voren hadden gebracht. Hieronder geven we delen van het artikel van Pannekoek weer.
In 1933, nadat Van der Lubbe de Rijksdag in brand had gestoken in de hoop daarmee het signaal tot opstand voor de arbeidersmassa’s te geven, herhaalde Pannekoek zijn standpunt in het artikel Persoonlijke daad. Waarschijnlijk richtte hij zich daarmee impliciet tot een terroristische tendens in de KAPN, die net als de restanten van de KAPD in Duitsland, hun functie als partij, als revolutionaire voorhoede in de revolutie had verloren.
Persoonlijke terroristische daden zoals die van Friedrich Adler en van Marinus van der Lubbe zijn unieke historische gebeurtenissen gebleven. In 1916 en in 1933 hadden nog maar weinigen vertrouwen in het vermogen van de arbeidersklasse om revolutionaire strijd te voeren. In 1917 gaf de Russische Revolutie hen gelijk. In 1939 leek het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog de revolutionairen ongelijk te geven. Nu in 2016 weten we dat het voortbestaan van het kapitalisme crisis en oorlogen brengt. Een toekomst kan alleen de arbeidersklasse maken …
-.-
Bewerking van een artikel van F.K. 22-8-2016 dat diende als inleiding op “Friedrich Adler” – door Ant. Pannekoek (1916) op de site Left-dis.nl. Aldaar ook een selectie van delen van het artikel over Adler en een links naar een pdf van het oorspronkelijke artikel bij aaap.be.
Overname van de volledige tekst is toegestaan bij vermelding van de bron:
https://arbeidersstemmen.wordpress.com/2016/08/22/bomaanslag-gaziantep/