Zelfstandige arbeidersstrijd voor een menselijke wereld – zonder oorlog, zonder terreur, zonder kapitaal, zonder staat. De arbeiders hebben geen vaderland. Alle macht aan de arbeidersraden.
Een kritiek op Davis, ‘The Road to Anti-State, Anti-market Socialism’.
Op 10 juni, in “Defund the police” of anders? keken we terug op de draai die de beweging van protest en rellen tegen de politie repressie in de VS nam in de richting van hervormingen en verkiezingen. De belangrijkste analyse was:
Inspanningen in het verleden om de politie te hervormen zijn ondoeltreffend gebleken. Zelfs een radicale hervorming van de politie zal uiteindelijk alleen maar leiden tot een effectievere macht van de staat over proletarische buurten.
De politie was meer terughoudend in het gebruik van geweld; geweld was contraproductief gebleken.
De burgerlijke dictatuur moet zich achter de democratie verschuilen, vooral in het feitelijke begin van de economische depressie.
Op dat moment had de beweging in de VS haar grenzen bereikt. De beweging was niet in staat om leuzen en eisen naar voren te brengen die de belangen van het proletariaat tot uitdrukking brengen, maar accepteerde wat valse perspectieven zijn, die door het linkse deel van de staat naar voren werden gebracht.
Als perspectief voor de verdediging tegen repressie onderstreepte het artikel dat dit voor het proletariaat niet alleen een kwestie van geweld is. Als uitgebuite en onderdrukte klasse met een historisch perspectief hangt ze nog meer dan de historische achterhaalde kapitalistische klasse af van haar vermogen om zich te presenteren als vertegenwoordiger van de maatschappij en de mensheid als geheel.
Het artikel stelde als volgende stap het proletariaat voor om wie (al) werkloos zijn te organiseren in massabijeenkomsten op straat of in veroverde gebouwen, in gekozen en herroepbare werklozencomités, in massamarsen naar werkplekken waar ontslagen worden aangekondigd, en eenwording met de (nog) werkende proletariërs. Er zijn verschillende redenen waarom dit perspectief (nog) niet gerealiseerd is.
Op het niveau van de massa had de beweging haar grenzen bereikt. De politieterreur in proletarische buurten in flagrante schending van de ‘gelijkheid’ en ‘vrijheid’ die in de burgerlijke maatschappij zouden heersen, werd opgevat vanuit het perspectief van een ‘burger’ van alle klassen en niet vanuit dat van ‘vrije loonarbeiders’, in loondienst of werkloos, uitgebuit in arbeid met vaste contracten of onzeker, of in reserve gehouden voor de terugkeer van ‘volledige werkgelegenheid’ tijdens de veralgemeende imperialistische oorlog. Daarom heeft “Defund the police” niet “The Road to Anti-State, Anti-Market Socialism” geopend, maar een “citizen”-weg naar de lokale democratie, naar de keuze tussen Democraten en Republikeinen, voor of tegen Trump, en ten slotte de komende campagne voor de presidentsverkiezingen. Wie de straat op wilde, kreeg een symbolische strijd aangeboden, waarbij standbeelden werden bestormd.
Op het niveau van de communistische minderheden die zich radencommunisten noemen of die zich laten inspireren door de historische Duitse en Nederlandse communistische linkerzijde, konden we zien dat de meesten van hen hetzelfde handelden en dachten als de meeste anarchisten. Niet in staat om proletarische argumenten te vinden tegen de valse tegenstelling tussen racisme en interklasse-antiracisme, of simpelweg door zich aan te sluiten bij de linkse identitarisme, intersectionalisme en privilege-theorie, vielen ze ten prooi aan burgerlijk democratisme, waarbij ze democratie en dictatuur tegenover elkaar stellen in de stijl van de Duitse radencommunist Otto Rühle in zijn laatste jaren.1)
The Road Yet Traveled. The Road to Anti-State, Anti-market Socialism
De volgende kritiek maakt gebruik van de kortgeleden herziene en aangevulde uitgave van Jim Davis’ The Road Yet Traveled. The Road to Anti-State, Anti-Market Socialism2) voor zover het een voorbeeld is van het democratisme dat in het huidige radencommunisme heerst. Toen duidelijk werd dat Davis zijn tekst aan het herzien was, stuurde ik hem het eerste ontwerp van deze kritiek. Deze bleef helaas onbeantwoord, ook toen ik hem erop wees dat ik het ontwerp had gebruikt voor het bovengenoemde actualiteitsartikel over Defund the Police. Dit is een gemiste kans om eventuele misverstanden op te helderen, alvorens deze kritiek te publiceren.
Lees verder “Sluiten democratie dictatuur elkaar uit of vullen ze elkaar aan?”→
Het belang van Otto Rühle voor het historische en tegenwoordige radencommunisme is niet te onderschatten. Hij speelde binnen de jonge Duitse communistische partij (KPD-S) een belangrijke rol in het verwoorden van de standpunten tegen vakbeweging en parlementarisme. Nadat de aanhangers van deze opvatting uit de partij werden gezet, ondanks het feit dat ze de meerderheid vormden, en ze vervolgens de partij KAPD vormden, gaf Rühle de aanstoot tot de anti-partijstroming AAU(E). Vanaf de jaren 1960 ontwikkelden onder andere Cajo Brendel en Henri Simon deze anti-partijfilosofie verder tot de opvatting dat elke activiteit van een politieke minderheid binnen de arbeidersklasse schadelijk is.
De protesten die in augustus in Tripoli begonnen, zijn nog niet uitgeput, want een nieuwe golf van protesten in Benghazi en zijn machtsgebied heeft geleid tot het aftreden van de rivaliserende regering in het oosten van het land. Zullen deze gevechten volstaan om de vrede op te leggen in een land dat verscheurd is door een imperialistisch conflict?
Tripoli en Misrata
In augustus van dit jaar werd het oostelijke deel van het Middellandse-Zeegebied in een situatie van tijdelijke wapenstilstand gebracht, met een nog steeds toenemende tendens tot concentratie van militair geweld en provocaties tussen de conflicterende mogendheden. In Libië lieten het onzekere staakt-het-vuren in Sirte en de onophoudelijke dramatisering van de besprekingen geen andere perspectieven open dan die van de oorlog.
Slechts twee dagen na de afkondiging van het staakt-het-vuren, op 23 augustus, terwijl de regering van de Moslimbroederschap probeerde te onderhandelen over het einde van de olieblokkade en de terugkeer aan de macht van de Libische heersende klassen, ontstond een reeks protesthaarden, voornamelijk van jonge arbeiders, die zich concentreerden op het regeringspaleis in de hoofdstad.