1939 Stalin schept een ‘arbeidersstaat’ in Oost-Polen

Deel 20 van de eerste Nederlandse vertaling van Willy Huhn: Trotski – de mislukte Stalin

X

Laten we nu, in het licht van deze Marxistische opvattingen, Trotski’s verdere opmerkingen over de “arbeidersstaat”, zijn uitbreiding en zijn verdediging bekijken. Het lijkt erop dat men moeilijk bezwaar kan maken tegen zijn volgende zin:

“Een planeconomie bevrijd van nationale beperkingen en gebaseerd op gesocialiseerd eigendom is de taak van het internationale proletariaat, maar vooral in – Europa,”

Als men maar niet – zoals Trotski zelf – “socialisatie” opvat als “nationalisatie”! Onmiddellijk daarna ontkracht hij zelf deze zin door de “bureaucratische methoden van het Kremlin” bij de “onteigening van de bezittende klasse in Polen en Finland” te vergelijken met de “dynastieke methoden van de Hohenzollerns bij de eenwording van Duitsland”.

“Tussen het verdedigen van reactionaire vormen van eigendom met reactionaire middelen en het invoeren van progressieve vormen van eigendom met bureaucratische methoden, (kiezen wij) voor het minste kwaad.”

Per slot van rekening worden de bureaucratische methoden hier middelen om progressieve vormen van eigendom in te voeren, en aangezien het gaat om het uitvoeren van nationalisatiemaatregelen, d.w.z. om het uitbreiden van bureaucratische beschikkingsbevoegdheden, zullen de bureaucraten blij zijn als ze worden gecertificeerd als brengers van vooruitgang. Maar het is dezelfde bureaucratie die Trotski beschuldigt:

“De verdediging van haar eigen parasitaire belangen neemt bij de bureaucratie de eerste en meest beslissende plaats in bij de huidige buitenlandse en binnenlandse politiek. Hiertegen voeren wij een dodelijke strijd, maar uiteindelijk wordt, ondanks het belang van de bureaucratie, het belang van de arbeidersstaat weerspiegeld in een zeer verwrongen vorm.

Dit geldt – zoals ik al zei – voor de gewapende interventie van Rusland in Oost-Polen op basis van het pact tussen Hitler en Stalin en voor de invasie van Finland. Zelfs onder dergelijke omstandigheden verdedigt de IV-de Internationale de belangen van de arbeidersstaat, want wat ook de doelstellingen van deze of gene regering zijn, wat ook de aanleidingen zijn die tot oorlog kunnen leiden, schrijft Trotski, de huidige oorlog “tussen de USSR en de kapitalistische wereld” (1940) betekent ook het lot van die “historische verworvenheden” die “wij onvoorwaardelijk verdedigen, onvoorwaardelijk dat wil zeggen, ondanks het reactionaire beleid van de bureaucratie”. Natuurlijk kennen we deze historische verworvenheden al: “het staatseigendom en het monopolie op de buitenlandse handel”. Het belang van de arbeidersstaat is uiteraard identiek met deze. Zo beweert Trotski dat de inval van het Rode Leger in Oost-Polen op 17 september 1939 een “bureaucratische impuls in de richting van een socialistische revolutie” teweegbracht, en dat dit onmogelijk zou zijn geweest als de bureaucratie – vermoedelijk in “laatste analyse!” – niet “zijn wortels had in een arbeidersstaat”! Dit is zelfs waar, want we hebben gezien dat de definitie van “arbeidersstaat” nog steeds uitsluitend gebaseerd is op staatseigendom van de produktiemiddelen en op het staatsmonopolie van de buitenlandse handel, en dat beide in feite de wettelijke “wortels” van de bureaucratie zijn. Maar waarin bestond de sociale omwenteling in de door het Stalinistische leger bezette gebieden? West-Bielorus en West-Oekraïne (het vroegere Oost-Polen) kozen een Nationale Vergadering.

“Het verkiezingsprogramma, natuurlijk gedicteerd door het Kremlin, bevatte drie uiterst belangrijke punten: de annexatie van beide provincies bij de Federatie van de USSR, de confiscatie van het feodale grootgrondbezit ten gunste van de boeren, en de nationalisatie van de zware industrie en de banken.”

Het was dus in wezen het programma van de agrarische revolutie in een industrieel achtergebleven land, zoals die in heel Eurazië steeds weer zal opduiken, vaak zelfs met het eerste punt, als het land binnen de machtssfeer van Rusland ligt. Trotski verklaart echter dat het Kremlin, dat tenslotte het verkiezingsprogramma dicteerde, door

“niets anders dan de sociale basis van de Sovjet-Unie … tot een sociaalrevolutionair programma,”

zou zijn gedwongen! Het Kremlin zou ondanks zijn bondgenootschap met het nationaal-socialisme deze sociale verandering hebben doorgevoerd. Maar in welke zin dwong “de sociale basis van de Sovjet-Unie” de Kremlin-bureaucratie om de sociale revolutie in Oost-Polen uit te voeren? Trotski zelf geeft hierop een ondubbelzinnig antwoord: “Als zij dat niet had gedaan, had zij het land niet in de USSR kunnen opnemen,”!

Welnu, zoals bekend hebben onteigeningen van grote landgoederen ten gunste van de boeren en nationalisaties van banken en zware industrie reeds plaatsgevonden in andere landen, waarvan de staten ook bureaucratieën hebben die onafhankelijk zijn van het proletariaat en in plaats daarvan afhankelijk van andere klassen en groeperingen. Maar we hebben nooit gehoord dat de arbeiders de “socialistische grondslagen” van deze landen moeten verdedigen. Trotski zelf citeert nu, in zijn polemiek tegen Shachtman, een paar alinea’s uit de “New York Times” over het voormalige Oost-Polen, waarin ook de volgende zinnen staan:

“In de industrie zijn nog niet op grote schaal drastische onteigeningen doorgevoerd. De belangrijkste centra van het banksysteem, het spoorwegsysteem en een aantal grotere industriële ondernemingen werden jaren vóór de Russische bezetting genationaliseerd. In kleinere en middelgrote industrieën oefenen de arbeiders nu controle uit over de productie.”

In de kleinere en middelgrote industrieën mogen de arbeiders dus de produktie controleren, maar in de grootste en genationaliseerde industrieën mogen zij dat niet. Maar wat volgt er uit het feit dat er na de Russische bezetting zelfs in de industrie geen grootscheepse onteigeningen hebben plaatsgevonden? En dit ondanks de programmatische eis tot nationalisatie van de zware industrie en de banken? Was dit omdat de voornaamste banken, de spoorwegen en de grotere industriële ondernemingen reeds vóór de invasie van het Rode Leger door de kapitalistische Poolse staat waren onteigend en er dus reeds sprake was van “een kolossale prestatie van de mensheid”? Als kernpunt van de sociale veranderingen die het Rode Leger in Oost-Polen teweegbracht, blijft dus alleen de “agrarische revolutie” over, die Trotski ook uitvoeriger behandelt. (1) Maar wat heeft de verspreiding van de Euraziatische boerenrevoluties en de daaruit voortkomende staatskapitalistische opbouw van een grote nationale industrie te maken met de oprichting en verdediging of uitbreiding van een “arbeidersstaat”?

Immers, bij Trotski zelf was er van de arbeidersstaat niets meer over dan de geplande staatseconomie gebaseerd op staatseigendom van de produktiemiddelen. De Socialistische Arbeiderspartij in de Verenigde Staten, die al discussieert over de vraag of men nog kan vasthouden aan de definitie van “arbeidersstaat”, verklaart reeds “dat men de planeconomie moet blijven verdedigen”. Wij beseffen nu dat zij inderdaad consequente Trotskisten zijn: De definitie “arbeidersstaat” is niet zo verdedigbaar als de geplande staatseconomie en staatseigendom van de produktiemiddelen … namelijk voor etatisten. Het was juist van kameraad Natalie Trotski om zich van de Trotskisten af te keren, maar in de naam en de geest van Trotski kon zij het niet doen. Zelfs vanuit het perspectief van het “diepste historische pessimisme”, de opvatting van Rusland als een neobarbaars systeem, de theoretische mogelijkheid van een uitbuitende maatschappij van “bureaucratisch collectivisme” die noch burgerlijk noch socialistisch is, zou het volgens Trotski nog niet mogelijk zijn de conclusie te trekken van het opgeven van de stelling van de onvoorwaardelijke verdediging van de Sovjet-Unie als en zolang de staatseconomie en het staatseigendom van de produktiemiddelen daarin nog bestonden. Daarom moeten wij het oneens zijn met Natalie Trotski wanneer zij tegen de Trotskisten zegt dat zij in hun politiek niets van Trotski’s gedachten terugvindt. Er zijn daarin – helaas! – alleen te veel. En het ergste van alles is dat het “oude en verouderde formuleringen” waren, zelfs in Trotski’s tijd. De nieuwe arbeidersbeweging zal het kunnen stellen zonder zowel de formules van het Trotskisme als de Trotskistische officieren om haar taken te volbrengen.

Wordt vervolgd

Bron: Willy Huhn, Trotzki – der gescheiterte Stalin, 1952.

Vertaling: F.C.

[Toevoegingen van de redactie]

Noten

1 Leo D. Trotzki, „Von einer Schramme bis zur Krebsgefahr“, Polemik gegen Shachtman, Coyoacan D. F., 24. januari 1940.

1939 Stalin schept een ‘arbeidersstaat’ in Oost-Polen

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s