Zelfstandige arbeidersstrijd voor een menselijke wereld – zonder oorlog, zonder terreur, zonder kapitaal, zonder staat. De arbeiders hebben geen vaderland. Alle macht aan de arbeidersraden.
Vier weken van strijd, demonstraties, dan een algemene staking van een week. Maar de TV-stations in Frankrijk vertellen ons er pas achteraf over, als ze beelden van plunderingen hebben. En ze gooien alles door elkaar, rechtvaardigen het sturen van de Raid en de GIGN, alsof de West-Indiërs terroristen zijn.
In 2009 heeft de Chinese staatsgroep Cosco, profiterend van de financiële moeilijkheden van Griekenland, om zijn schulden af te lossen en wanbetaling te voorkomen, van de regering een concessie voor 35 jaar verkregen voor het beheer van twee van de drie terminals van de haven van Piraeus (Athene). De havenautoriteit, die in handen is van de overheid, bleef zorgen voor de exploitatie en het beheer van terminal I.
Hieronder staat een korte brief van een stakende arbeider, Mahmoud uit Assaluyeh. Niet alleen is het een goede illustratie van hoe de vooraanstaande stakers in Iran vandaag denken en hoe hun discussies vorm krijgen, het geeft ons ook een inzicht in het potentieel van de arbeidersklassebeweging als we zien hoe ver de arbeiders zijn gevorderd. Het is een venster op de toekomst, dat laat zien wat er zou kunnen ontstaan, niet alleen in heel Iran, maar ook daarbuiten. In de eerste plaats zou een dergelijke stap de uitzichtloze theorieën over het Midden-Oosten, die de betweters van de middenklasse voortdurend herhalen, de mond snoeren. Vervolgens zou het alle politieke manoeuvres kunnen ondermijnen van degenen die zich voorbereiden op een oorlog in de regio. De mogelijkheid om de eenheid van de arbeidersklasse te bevorderen en te benadrukken dat arbeiders geen vaderland hebben, zou de reactionaire politieke islam en zijn schadelijk sektarisme gemakkelijk de kop indrukken: een serieuze stap in de richting van de vorming van internationalistische bataljons. Dit zijn niet slechts een reeks dromen, noch zijn zij de onvermijdelijke uitkomst. Het zijn eenvoudigweg de mogelijkheden die de huidige situatie biedt. Internationalisten deinzen er niet voor terug om deze taken op zich te nemen. Zij juichen het in de eerste plaats toe en durven het voortouw te nemen.
Enkele gedachten bij “Was tun in Zeiten der Schwäche?”
We hebben in deel 1 gezien dat het artikel “Was tun in Zeiten der Schwäche?” de anti-partij stroming binnen het radencommunisme, samengevat in een viertal opvattingen, terecht verantwoordelijk acht voor het falen van het sozialrevolutionäre milieu in Duitsland om het stadium van losse kringen te boven te komen. Als alternatief stelt “Was tun …” voor te werken in de richting van een massa-partij die de arbeidersklasse zou vertegenwoordigen en die door interne democratie en inzet voor democratisering en communalisering van de staat middels deelname aan de huidige parlementaire politiek een andere weg zou inslaan dan de sociaal-democratische en communistische partijen.
Van mijn kant wees ik op enkele uitspraken in “Was tun …” die het gevaar inhouden dat een dergelijke massapartij in plaats van de massa van de arbeiders de politieke macht zal uitoefenen, en dus over hen zal heersen. Tegenover de anti-partij stroming binnen het radencommunisme waarop zowel vele Sozialrevolutionäre als het artikel zich fixeren, heb ik de partijstroming binnen het radencommunisme als een alternatief naar voren gebracht. De partij wordt hier gezien als een organisatie van een minderheid van de meest bewuste en strijdbare arbeiders die in een heropleving van de proletarische strijd daaraan deelnemen om deze te orienteren op de revolutie en het communisme, zonder zich in plaats te stellen van de klasse. In dit tweede en laatste deel van zal ik nader ingaan op de huidige mogelijkheden, anders dan de voorstellen in “Was tun in Zeiten der Schwäche?”
Vertaling uit La Oveje Negra, 8-11-2021 Narcotráfico y capital. De auteurs wonen in Rosario, Argentinië.
Het is via de meest oppervlakkige aspecten dat de drugshandel het publieke debat en de pers bereikt. We zullen proberen deze oppervlakkigheid te doorbreken. De drugshandel is een symptoom van de economische situatie die het sociale weefsel in het hele land te gronde richt. Onlosmakelijk verbonden met de ernstige en wijdverbreide verslavingsproblematiek, is het een groeiend verschijnsel in de kapitalistische samenleving. Wij zullen trachten dit sociale probleem vanuit een klassestandpunt te benaderen.
Tot nu toe zijn er nauwelijks Marxistische analyses van de Duitse verkiezingen. Een daarvan is geschreven voordat de verkiezingen plaatsvonden door de Duitse “GIK” – niet te verwarren met de historische Duits-Nederlandse communistische organisatie met dezelfde naam. Het volgende artikel van Ludenhoff analyseert de verkiezingsresultaten en is gepubliceerd door een internationalistische site, zij het dat dit artikel in veel opzichten meer Trotskistisch dan links-communistisch lijkt. Het kan worden gelezen als een advies aan (leden van) de post-Stalinistische Die Linke, om deze links-burgerlijke partij aan te sporen om haar aanpassing aan de SPD te stoppen. Trotskisten in Duitsland brengen dezelfde benadering naar voren, zoals Trotskisten in Nederland de SP adviseren, een post-Maoïstische partij die onlangs een oppositie onder invloed van het Trotskisme eruit heeft geschopt.
Een analyse van de situatie in Duitsland en in Nederland, geïnspireerd door het linkse communisme, zou daarentegen vertrekken vanuit het perspectief van de arbeidersklasse. In die zin is het hier vertaalde artikel een startpunt voor een discussie die tot zo’n klassenanalyse kan leiden.
Enkele gedachten bij “Was tun in Zeiten der Schwäche?”
In de revolutionaire jaren na de Eerste Wereldoorlog volgden de radencommunisten in Nederland met belangstelling de sociale, economische en politieke ontwikkelingen in het toen meest instabiele land van Europa, het grote buurland Duitsland. De radenbewegingen in beide landen waren nauw met elkaar verbonden door discussies en gezamenlijk organisatorisch werk. Nu is Duitsland in vergelijking met andere Europese staten, het meest stabiel, ook al blijft het niet onaangetast onder druk van allerlei ontwikkelingen. Deze ogenschijnlijke stabiliteit in Duitsland heerst ook in Nederland. Relatieve stabiliteit is blijkbaar niet bevorderlijk voor het bestaan van revolutionair gezinde minderheidsorganisaties. Het radencommunisme is zowel in Nederland als in Duitsland nog slechts een bron van inspiratie, en al lang geen levende beweging meer die in staat zou zijn op grond van actuele analyses een rol te spelen binnen de arbeidersstrijd.
Maar terwijl in het nederlandse taalgebied nog maar enkele radencommunistisch geïnspireerde individuen actief zijn, en dan nog uitsluitend op het Internet, bestaan in het duits meerdere websites van min of meer georganiseerde groepen met ook activiteiten ‘In Real Life’. Maar afgezien van incidentele acties, is van een effectieve deelname aan de arbeidersstrijd is ook in Duitsland geen sprake. Een recent discussieartikel(1) op het Duitse blog Communaut stelt het radencommunisme naast de ‘communisatie’-theorie van Endnotes(2) verantwoordelijk voor de treurige toestand van het milieu in Duitsland dat zich sociaal-revolutionair noemt, of ook wel anti-autoritair-communistisch. De huidige misère zou voornamelijk te wijten zijn aan volgende beginselen van het radencommunisme:
vertrouwen in de spontaniteit van de arbeidersmassa’s;
de noodzaak van de revolutionaire minderheid om in tijden van sociale rust te overwinteren in theoretische kringen;
de crisis van het kapitalisme vormt de gangmaker voor een communistische massabeweging;
de afwijzing van arbeiderspartijen en vakbonden als contrarevolutionaire instellingen.
Daar tegenover stelt het artikel de opbouw van een ‘oppositionele sociale basis’ binnen het ‘bestaande’, plus de opbouw van een politieke organisatie met een programma.