Anton Pannekoek, Klassenstrijd en natie (1912)

Een klassieker van het radencommunisme die tot voor kort alleen in het Duits, Frans, Engels of Spaans kon worden gelezen, nu voor het eerst in het Nederlands.

Zeer actueel vanwege de rol van Oekraïens en Russisch nationalisme in de huidige oorlog in Oekraïne. Beide nationalismen worden door sommige leninistische linksen gebruikt om aan de ene of de andere kant van de frontlinie aan de oorlog deel te nemen.

“Klassenstrijd en natie” in citaten

“Moderne naties zijn volledig het product van de burgerlijke maatschappij; zij zijn ontstaan met de warenproductie, namelijk met het kapitalisme, en hun dragers zijn de burgerlijke klassen.” 

Maar anders dan in een één-volk-staat als Engeland, Frankrijk of Duitsland, is de situatie in meerdere-volkeren-staten als Oostenrijk en Rusland:

“… waar de staten onder het absolutisme ontstonden als dynastieke eenheden, zonder directe deelname van de burgerlijke klassen, en dus door verovering uit stammen van de meest uiteenlopende dialecten. Als het kapitalisme daar steeds verder doordringt, ontstaan er verschillende naties binnen die ene staat, en wordt het een staat van nationaliteiten, zoals Oostenrijk. De oorzaak van het ontstaan van nieuwe naties naast de oude ligt opnieuw in het feit dat concurrentie de basis is van het bestaan van de burgerlijke klassen. Wanneer moderne klassen ontstaan uit een voorheen zuiver agrarische volksgroep, wanneer grotere massa’s als industriearbeiders naar de stad trekken, spoedig gevolgd door kleine handelaren, intelligentsia en ondernemers, moeten deze laatsten uit eigen beweging proberen de clientèle van de gelijksprekende massa’s te winnen door hun nationaliteit te benadrukken. De natie als gemeenschap van solidariteit vormt voor haar leden een klantenkring, een afzetgebied, een exploitatiegebied waar zij een voordeel hebben ten opzichte van concurrenten van andere naties.” 

“De strijd van nationaliteiten in een dergelijke staat is geen gevolg van enige onderdrukking of achterlijke wetgeving, maar een natuurlijke uitdrukking van concurrentie als de basisvoorwaarde van de burgerlijke economie; onderlinge strijd is de betekenis en het doel van de ruwe scheiding van de verschillende naties tegen elkaar.” 

“Voor Oostenrijk zijn de staat en de natie verschillende entiteiten. De natie is een natuurlijk gegroeide gemeenschap van belangen van de burgerlijke klassen. Maar de echte vaste organisatie van de bourgeoisie ter bescherming van haar belangen is de staat. De staat beschermt het eigendom, zorgt voor bestuur, stelt leger en marine in, heft belastingen en houdt de massa van het volk in bedwang. De ‘naties’, of beter nog: de actieve organisaties die in hun naam verschijnen, de nationale burgerlijke partijen, dienen slechts om een overeenkomstige invloed op de staat te krijgen, een aandeel in de macht van de staat. Voor de grote bourgeoisie, waarvan de economisch belang de hele staat omvat en zelfs daarbuiten reikt, die behoefte heeft aan directe gunsten, douanerechten, leveringscontracten en bescherming in het buitenland, is de natuurlijke belangengemeenschap van meet af aan niet de natie maar de grotere staat. De schijnbare onafhankelijkheid die de staatsmacht lange tijd heeft weten te behouden door het conflict tussen de naties, kan niet verhullen dat zij ook hier een instrument is in dienst van het grootkapitaal.

Daarom verschuift het zwaartepunt van de politieke strijd van de arbeidersklasse steeds meer naar de staat. Zolang de strijd om de politieke macht nog op de achtergrond is en de voorlichting, het onderwijs, de ideeënstrijd, die natuurlijk in elke taal afzonderlijk moet plaatsvinden, op de eerste plaats staan, zijn de politiek strijdende proletarische legers nog nationaal gescheiden. In deze eerste fase van de socialistische beweging is het noodzakelijk de proletariërs te bevrijden van de macht van de kleinburgerlijke ideologie, hen los te rukken van de burgerlijke partijen en hen te vervullen met klassenbewustzijn.” 

“De staatsmacht, met al zijn machtige machtsmiddelen, is het bolwerk van de bezittende klasse; het proletariaat kan zich alleen bevrijden, kan het kapitalisme alleen uitschakelen, als het eerst deze machtige organisatie verslaat. De verovering van de politieke heerschappij is niet simpelweg een strijd om de staatsmacht, maar een strijd tegen de staatsmacht. De sociale revolutie die het socialisme zal brengen, bestaat in wezen uit het overwinnen van de staatsmacht door de macht van de proletarische organisatie. Ze moet daarom gemaakt worden door het proletariaat van de hele staat samen.” 

Alleen de nationale eisen op taalgebied zijn in het belang van het proletariaat, maar anders dan de nationalisten eisen:

“De arbeiders eisen de grootste verscheidenheid aan talen in de overheidsdiensten, de nationalisten willen de vreemde taal elimineren. Alleen in schijn vallen de taalkundige en culturele eisen van de arbeiders dus samen met de nationale eisen; het zijn proletarische eisen die door het hele proletariaat van alle naties gemeenschappelijk worden gesteld.” 

“De marxistische tactiek van de sociaal-democratie is gebaseerd op de verwezenlijking van de werkelijke klassenbelangen van de arbeiders. Zij laat zich niet misleiden door ideologieën, hoe stevig die ook in de hoofden van de mensen lijken vast te zitten. Door haar marxistische visie weet zij dat ideeën en ideologieën, die geen materiële grond lijken te hebben, niet bovennatuurlijk zijn, met een geestelijk bestaan dat volledig losstaat van het fysieke, maar de gestolde traditionele uitdrukking van vroegere klassenbelangen. Daarom zijn wij er zeker van dat tegen de almacht van de werkelijke klassenbelangen en -behoeften van vandaag, zodra die erkend zijn, geen enkele ideologie, hoe krachtig ook, die in het verleden geworteld is, op den duur stand kan houden. Deze basisopvatting bepaalt ook de manier waarop we hun macht bestrijden.” 

“Onze tactiek is om de arbeiders altijd voor te lichten over hun ware klassenbelangen, om hen de realiteit van de maatschappij en hun leven te laten zien, zodat hun geest steeds meer gericht wordt op de realiteit van de wereld van vandaag. Dan zullen de oude ideeën, die geen voeding meer vinden in de realiteit van het proletarische leven, vanzelf in slaap vallen.” 

“…nationale tegenstellingen [vormen] een uitgelezen middel om het proletariaat te verdelen, zijn aandacht af te leiden van de klassenstrijd door ideologische slogans, en zijn klasseneenheid te verhinderen.”

“Het is niet door ons voorstel van nationale autonomie, waarvan de verwezenlijking niet in onze handen ligt, maar alleen door de versterking van het klassenbewustzijn dat de verderfelijke macht van het nationalisme in werkelijkheid zal worden gebroken.”

Naar de volledige tekst.

Anton Pannekoek, Klassenstrijd en natie (1912)

Een gedachte over “Anton Pannekoek, Klassenstrijd en natie (1912)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s