Zelfstandige arbeidersstrijd voor een menselijke wereld – zonder oorlog, zonder terreur, zonder kapitaal, zonder staat. De arbeiders hebben geen vaderland. Alle macht aan de arbeidersraden.
En zeker zal ieder, die (…) geleerd heeft uit den loop der sterren de groote wetten van het heelal af te leiden en hun beteekenis voor onze, voor zijn eigen wereldbeschouwing leerde kennen, deze sterren voortaan met geheel andere oogen aanzien.
Zij spreken woorden tot hem vol inhoud en zin.
Als hij tot hen omhoog ziet, zooals zij daar aan den hemel hun banen doorlopen, spreken zij tot hem van de vroegere geslachten der menschen, die ook zo tot hen omhoog zagen, spreken ze van hun arbeid en hun strijd, niet als stomme getuigen, die onverschillig voor wat op aarde gebeurde, hun eigen weg gingen, doch als werkelijke deelgenooten in de geestesworsteling der menscheid.
(Dr. A. Pannekoek, De Wonderbouw der Wereld, 1916-1920) 1
De nieuwe tactiek van massa-actie. De kwestie van de staat
De menschenwereld is een wonder ding; door haar blaast de Geest als een groote wind: niemand weet waar hij opkomt, waar begint het nieuwe willen, de verandering.
Soms schiet Leven vol hoog en wild gerucht van worden en vergaan. In felle daden stroomt uit zijn kracht. Elke dag is beladen met mooglijkheden, ieder uur bevrucht.
Als weer verstilt het bruisende bewegen komt de denkende mensch: poogt na te speuren banen die ’t ging; rafelt voorbij gebeuren uiteen; zegt: ‘het moést gaan langs déze wegen’.
Ver in zijn eenzaamheden lacht de Geest: ‘mijn banen kan geen mensch vooruit verkonden’. Kind van ’t Al is hij, aan de stof gebonden, maar de slaaf der stof is hij nooit geweest.
(Henriette Roland Holst-van der Schalk, Heldensage, 1927) 1
De massastaking was de eindelijk gevonden vorm van klassebewustzijn. Ze zou op een vacuüm zijn gebaseerd, als ze niet uiteindelijk werd geconcretiseerd in de opbouw van de organisatie van alle proletarische lagen en in een strijd om economische en politieke macht tegen de kapitalistische staat.
Opgedragen aan Serge Bricianier (1923-1997), radencommunist
D’Arbeidersraden worde’ eenmaal het wezen Van de geheele menschheid op de aarde. Zooals in bloemen in een groote gaarde Het hoogste zonnelicht samengelezen. Zij zijn het hoogste van de al-gemeenschap, Zij zijn het verwerpen van de alleenschap, Dáárin elke man, vrouw en teeder kind Alleen zijn eenig doel, de Menschheid, vindt.
De Arbeidersraden zijn dus als het licht – Zij zijn de vrede, de rust en het heil, Zij zijn de waarheid en de bron der waarheid.
Zij zijn de vastheid en het Algeheel Der menschheid, de knooppunten van den arbeid, Zij zijn de zaligheid der menschheid, – o zij zijn het licht.
Het doorslaggevende belang van de arbeidersraden voor de nieuwe arbeidersbeweging, geboren uit de puinhopen van de Eerste Wereldoorlog, werd al opgemerkt vóór de revolutionaire golf van 1917-1921, die deze organisaties deed ontstaan uit een enorme proletarische aardbeving in zo verschillende landen als Duitsland, Hongarije, Oostenrijk en Rusland. Het is in dit laatste land, waar in 1905 de eerste arbeidersraden verschenen, die de eindelijk ontdekte vorm scheen te worden van het eerste arbeiderszelfbestuur sinds de Commune van Parijs.
De bijdrage van de Nederlandse linkerzijde, of liever gezegd van Nederlands-Duitse linkerzijde, aan de theoretische discussie over de arbeidersraden bestaat niet alleen uit een simpele erkenning van deze vorm van revolutionaire activiteit van het proletariaat op weg naar zijn bevrijding. Zij houdt allereerst de erkenning in van de geestelijke factor, d.w.z. de factor van het bewustzijn, om de strijdvormen van het proletariaat leven in te blazen.
Op de eerste plaats zou het proletariaat, zonder filosofie van zijn actie, zichzelf niet kunnen bevrijden. De objectieve voorwaarden (die van de crisis), die van de organisatie (vakbonden en partij) van de leidende minderheden waren niet voldoende. Het ontbrak aan een noodzakelijke voorwaarde: de facto van de massa, bewogen door het bewustzijn van haar revolutionaire doel.
Daarom is de bijdrage van Dietzgen fundamenteel voor het het ontstaan van de communistische linkerzijde in Nederland, en de verdere ontwikkeling van de theorie van de arbeidersraden door Pannekoek.
Ruim 100 jaar geleden kwamen arbeiders in het Ruhrgebiet in opstand tegen de rechtse Kapp-putsch, vormden een Rode Leger en versloegen aanvankelijk de fascistische Freikorpse. Verraden door de sociaal-democratie en de communistische partij, die de Akkoorden van Bielefeld ondertekenden om de arbeiders te ontwapenen, werden duizenden revolutionaire arbeiders afgeslacht. Hier volgen enkele fragmenten uit een boekje waarin deze geschiedenis in verhaalvorm naar voren komt.