In vier afleveringen publiceren we hier in Nederlandse vertaling een artikel dat eerder in het Engels en in het Italiaans verscheen op de website van de International Communist Tendency (ICT). Dit is aflevering I.
Raar maar waar (nou ja bijna). In het zelfbenoemde revolutionair links zijn er mensen die min of meer onvoorwaardelijke steun hebben gegeven aan de politieke en militaire operaties van de Islamitische Staat. Ze beschouwen IS als de enige kracht die de moed heeft om het imperialisme (natuurlijk voornamelijk het Amerikaanse) te bestrijden. Daarom zou IS de enige bron van inspiratie voor de internationale klassenstrijd zijn. Ze lijken te vergeten dat de Islamitische Staat een instrument is in de strijd tussen de verschillende imperialistische mogendheden op Syrisch grondgebied, en dat IS zelf een van de pionnen in dit spel zonder grenzen. Ditzelfde “Links” heeft over het algemeen gekozen voor veel meer voor de hand liggende groeperingen, zoals in het geval van steun voor het Rusland van Poetin en zijn bondgenoot Assad, in de veronderstelling dat het imperialisme en zijn oorlogen gewoon de schuld zijn van de westerse alliantie, geleid door Amerika, en niet ook voortkomt uit de Russische doelstellingen. Zij vervallen dus in de dubbele fout van de ondersteuning van één imperialisme tegen een ander en dit voorkomt dan een consequente strijd tegen oorlog en imperialisme als geheel. Het is dit soort eenzijdige anti-imperialisme dat enorme politieke schade heeft voortgebracht, en dat wij altijd hebben die we altijd hebben ontmaskerd.
Elders (Prometeo N ° 12-2014 en 14-2015 [1]) gingen we nader in op de oorzaken voor het huidige inter-imperialistische conflict in Irak en Syrië. (vertaler: de samenvatting van deze artikelen is hier weggelaten. Zie voor de inhoud de Engelse versie van dit artikel, of beter nog de beide artikelen in voetnoot 1).
De valse tactici van ‘links’, die in de naam van een verkeerd anti-imperialisme de de Russisch-Iraanse Hezbollah coalitie steunen, begrijpen niet alleen niets van de huidige crisis en de imperialistische dynamiek die deze heeft ontketend, maar ze zien een ‘uitweg’ uit de crisis alleen in termen van geweld, barbarendom, dood en verwoesting. Zij doen aldus bij voorbaat afstand van elke gedachte aan verzet tegen de oorlog, tegen de de crises die oorlogen voortbrengen, van de gedachte dat het kapitalisme de oorzaak van dit alles is. Dit zelfbenoemde links heeft als functie het voortbestaan van het systeem en papt aan met de meest gewelddadige vertegenwoordigers van zowel de oude als de nieuwe imperialismes. Ze komen niet eens op de gedachte van de noodzaak van een heropleving van de klassenstrijd, en zijn blind voor het feit dat het de proletarische massa’s van de werklozen en de wanhopigen zijn die als kanonnenvoer in dezelfde oude imperialistische spelletjes dienen. (…)
Deel I De klassensamenstelling van de Islamitische Staat
Hoewel IS begon als een dochteronderneming van Al Qaeda in 2006, drie jaar na de Amerikaanse interventie in Irak, en na de dood van al-Zarqawi [2], werd IS pas echt opgericht in 2011, tijdens het uitbreken van de burgeroorlog in Syrië en de daarmee verband houdende indirecte confrontatie tussen Rusland en de VS over de toekomst van Assad. In eerste instantie werd IS geleid door Abu Ayyub al-Masri, maar later door Abu Bakr al Baghdadi. Het doel van IS was om naast het Syrische Alawieten regime de territoriale en economische grondslagen te leggen voor een nieuw Bagdad kalifaat met behulp van aanzienlijke financiële middelen uit de VS, Saoedi-Arabië en Qatar, die daarmee elk verschillende en tegenstrijdige strategische doelen nastreefden. Het gemeenschappelijke doel was om zich te ontdoen van de Alawieten vijand, maar daarachter lag de strijd om het leiderschap van het soennitische kamp. Dit zou de kans verbeteren op investeringen van oliedollars in het Midden-Oosten en, niet in het minst, hen de vrije hand geven in de strategische controle van één van de meest gevoelige gebieden van de wereld.
Vanaf het begin werd het proces van hergroepering rond de oorspronkelijke jihadistische kern, waarop de sociale en militaire structuur van de Islamitische Staat zou worden gebouwd, uitgevoerd door de overblijfselen van de soennitische staatsbourgeoisie, die politiek en economisch aan het hof van Saddam Hussein was verbonden. Na het conflict tussen het Amerikaanse imperialisme (toen olie-hongerig en bang gemaakt door de mogelijkheid dat de dollar verder terrein zou verliezen ten opzichte van de euro en andere internationale valuta’s) en Saddam’s Irak, die dreigde om zijn olie af te leiden naar andere kusten om deze tegen euro’s te verkopen, werd de oude soennitische heersende klasse vervangen door sjiieten. De soennitische bourgeoisie werd van begin af aan volledig buitengesloten van de economische, politieke en administratieve macht van de nieuwe regering, die door Washington werd geïnstalleerd om zijn belangen in Mesopotamië versterken.
Het was dan ook onder de druk van de soennitische revanchisme (vertaler: streven naar wraak en herstel van macht), dat de eerste groepen van IS strijders gemene zaak maakten met een tak van de oude staatsbourgeoisie in de vorm van de voormalige generaals van Saddam. Deze laatsten verleenden aan het zich vormende leger van al Baghdadi’s professionele militaire vooruitzichten. Voordat het geld in ruimschoots binnenstroomde van de imperialisten van het Westen en Midden-Oosten en voordat de oliebronnen in Irak en Syrië werden veroverd, werden de financiële behoeften van IS gedeeltelijk gedekt door hooggeplaatste leden van de soennitische Iraakse bourgeoisie. Deze staatsbureaucratische bourgeoisie, die gewend was comfortabel te leven van de grote olie-inkomsten, was diep geworteld in de zenuwcentra van de voormalige Iraakse staat. Daarnaast kwamen individuen van het de parasitaire management van de olie-bedrijven, dat de rijke voordelen van olie-inkomsten genoot en van directeuren van staatsbedrijven, maar ook van de rijke handelaren, senior militaire kaders en ambtenaren.
De kern van dit leiderschap, de steunpilaar en de inspiratie van het soennitische jihadisme had oorspronkelijk een seculiere karakter. Maar nu kleedde zich nu in de zwarte mantel van het fundamentalisme “gewijd” aan de heilige Soenna. De bourgeoisie kent geen religieuze scrupules. Ze beoefent al lang de kunst van de kameleon. Het enige belangrijke doel is om de macht te herwinnen.
De basis van de IS piramide bestaat uit de gebruikelijke wanhopige mensen, proletariërs en lompenproletariërs, boeren en werklozen die tegen hun eigen belangen in de voormalige Ba’athisten ondersteunen, een deel van de Irakese bourgeoisie dat volledig uitgesloten is geraakt van de politieke macht. Deze diverse massa die het voetvolk van IS vormt, is opgeroepen om te vechten, te doden en te sterven om zijn klassevijand weer aan de macht te helpen. Deze strijders zijn de sociaal gedepriviligeerden en politiek rechtelozen die geen anti-kapitalistische of klassegeoriënteerde eisen hebben. Ze zijn ideologisch kneedbaar als onderdanen van de bourgeoisie en ofwel Baath ofwel jihadistische geworden, naargelang wat op een gegeven moment de meest geschikte tactiek was. Deze massa’s moesten klaar staan om zich ten dienste te stellen van dezelfde oude burgerlijke strategieën. Deze manipulaties zijn des te gemakkelijker hoe groter de politieke desoriëntatie van de massa is. Daarmee konden wanhoop over het door honger en de burgeroorlog tot uitdrukking komen in woede en radicalisering die al bezweken voor de perverse charmes van islamisering. Dit alles bij elkaar zorgde voor een zeer explosief mengsel.
Het is geen toeval dat de spirituele leider van IS, al Baghdadi, de leider die de massa’s aanspreekt, uiteraard een soennitische gelovige is en afgestudeerd in de theologie, en zelf een man van geloof is. Hij is daarmee de leider die Allah heeft gekozen voor de “heilige” heropleving van de Islam tegen het corrupte en corrumperende Westen, tegen de afvalligen en de valse moslims die alle veroordeeld tot hetzelfde lot. Het is ook geen toeval dat de legertop van het Kalifaat bestaat uit soennieten, hoewel leken, en dat ze allemaal uit het Iraakse leger komen dat vernietigd werd door de Amerikaanse invasie in 2003. Boven alles staat de figuur van de Duri, het opperste hoofd van de troepen van de dictator, nummer twee van het regime en, tegelijkertijd generaal van het legerkorps, en tevens een rijke speculant. Het verhaal gaat dat de Duri onlangs omkwam tijdens een Amerikaanse luchtaanval. Net als een andere hoge militaire functionaris van het kalifaat, Ali Mohammed Nasser al-Obeidi, één van de leiders van de oude Republikeinse Garde, het speciale korps ter persoonlijke bescherming van Saddam Hussein, werd eveneens geëlimineerd. Dit is in het kort de klassensamenstelling van de islamitische staat, die de kern van het Kalifaat vormt.
Centraal staat het revanchisme van de soennitische bourgeoisie, de voormalige bestuurders van de olie-rijkdommen uit de tijd van Saddam Hoessein, met deelname van hooggeplaatste leden van de vorige staatsbestuur en vermogende ondernemers. Daarnaast staat de gewapende vleugel, waarvan het militaire commando in handen is van de generaals van het oude regime. Aan de onderkant, zoals altijd, vinden we de wanhoop van de onderdrukten. Alles is gehuld in “heilige oorlog” onder de charismatische figuur van al Baghdadi die alles ondergeschikt maakt aan de hoogste belangen van jihadisme, van de meningsverschillen over de Shia tot en met alle andere sociale tegenstellingen met inbegrip van die van de klassenstrijd.
fd
februari 2016
naar deel 2 De buitenlandse strijders van IS
[1] Deze twee documenten zijn te vinden in het Engels op http://www.leftcom.org/en/articles/2014-10-15/iraq-the-new-caliphate-is-and-the-wider-imperialist-manoeuvres en http://www.leftcom.org/en/articles/2015-08-31/turkey-isis-gas-and-the-shifting-imperialist-balance
[2] Abu Musad al-Zarqawi – Al Qaeda leider in Iraq die zich op het Sjiisme richtte. Omgekomen in een Amerikaanse bomaanval op 7 juni 2006.
(Wordt vervolgd)