De twee meest bekende activisten van de staking bij Haft Tapeh zijn vrijgelaten. Andere activisten en talloze proletariërs zuchten nog in de kerkers en martelkamers van het regime van Iran. Alles wijst er op dat de vrijlating van de journaliste Gholian en daarna van Esmail Bakhshi, woordvoerder van de arbeidersraad bij Haft Tapeh, het resultaat was van:
- interne spanningen binnen het regime;
- de druk van de massaprotesten in Libanon, die sinds kort worden aangevallen door Hezbollah, de lange arm van Iran in dat land;
- het oproer van jonge proletariërs in Zuid-Irak, dat zich ook richt tegen de shiitische geestelijkheid en milities die door Iran worden gesteund.
De media hebben vooral aandacht voor de imperialistische oorlogen in het Midden-Oosten, op dit moment de dreigende botsing tussen Rusland en Turkije in Syrië. De grootmachten VS, Rusland, China verscheuren een regio van vitaal belang voor de energievoorziening van de nieuwe industriële centra van het wereldkapitalisme in China, India en Indochina. Minder aandacht krijgt de arbeidersstrijd tegen de gevolgen van de crisis en de oorlog in hetzelfde gebied, een proletarische strijd die historisch alleen vergelijkbaar is met het uitbarsten de de Russische Revolutie in de Eerste Wereldoorlog.
DE VRIJLATINGEN, WAAROM?
Sepideh Gholian en Esmail Bakhshi zijn door de rechtbank op borgtocht voorlopig op vrije voeten gesteld. Voor de vrijlating van Bakhsh is maar liefst 70.000 dollar aan borgtocht betaald. Volgens zijn advocaat, werd de oorspronkelijke borgtocht vastgesteld op ongeveer 140.000 dollar, maar deze werd verminderd nadat zijn verdedigingsteam protesteerde. Bakhshi zat tien maanden gevangen na stakingen en protesten in de suikerrietfabriek waar hij werkte, Haft Tapeh, in de olierijke provincie Khuzestan, waar de arbeiders afgelopen november begonnen te staken uit protest tegen niet uitbetaalde lonen en andere eisen. Ze kozen een arbeidersraad om hun strijd te organiseren en om druk uit te oefenen op het management. De staking sloeg over naar een staalfabriek in dezelfde regio en de arbeidersraad werd tot een voorbeeld voor arbeiders in andere bedrijven die geen lonen meer uitbetalen. Bakhshi, woordvoerder van de arbeidersraad, werd in november 2018 gearresteerd en nadat hij in december was vrijgelaten, verklaarde hij in de gevangenis te zijn gemarteld. Hij daagde de verantwoordelijke minister zelfs uit tot een debat op TV. Daarna hebben de autoriteiten hem in januari opnieuw gearresteerd op basis van een klacht van de minister van Inlichtingen van president Hassan Rouhani. Sindsdien was er weinig bekend over zijn toestand in de gevangenis. Het besluit om hem opnieuw te arresteren werd toegeschreven aan zijn klacht over marteling, waarbij hij agenten van het ministerie van Inlichtingenwerk in het geding bracht.
De vrijlating van Bakhshi en Sepideh wijst volgens de Sjah-aanhangers van Radio Farda op een wijziging van het beleid van de conservatieve Iraanse rechterlijke macht. Volgens mensenrechten- en vakbondsactivisten is de vrijlating het resultaat van druk van Amnesty International en de internationale vakbeweging.
Daartegenover moeten we duidelijk zijn: de zogenaamde scheiding der machten, de wetgevende, uitvoerende en de rechterlijke macht is een burgerlijke mythe, die niet in Iran en nergens bestaat, ook niet in de zogenaamde democratische staten. De vrijlating is niet het werk van de rechtbank. De regering zelf moet wel betrokken zijn geweest in dit besluit.
Mensenrechten en vakbondsrechten zijn eveneens een democratische illusie die dient om de dictatuur van het kapitaal te verbergen voor de uitgebuiten en onderdrukten. Het verspreiden van de democratische illusie kunnen zich alleen de nationale kapitalen permitteren die zich via de wereldmarkt de meeste onbetaalde arbeid in de vorm van winsten toe-eigenen. Wanneer de arbeiders van deze rijke landen echter in opstand komen, gebruikt de bourgeoisie eerst de vakbonds- en democratische misleiding om de arbeiders te splitsen. Als de strijd dan verzwakt, valt het masker van de democratie en barst de kapitalistische terreur uit, zoals in en na de Duitse Revolutie van 1918-1923.
Het regime in Iran had alle reden om de twee meest bekende activisten vrij te laten: de arbeiders hebben zich door het gevangen nemen van hun woordvoerders niet laten intimideren. De arbeidersstrijd in Iran gaat door, niet alleen bij Haft Tapeh. Enkele voorbeelden:
“Arbeiders van de Azarab-fabriek in de stad Arak, West-Iran, begonnen op zondag 20 oktober 2019 een vreedzame demonstratie. Ze willen de slechte werkomstandigheden in hun fabriek verbeteren. Deze arbeiders protesteren tegen de plannen van ambtenaren om het bedrijf te privatiseren, waarbij hun banen in het ongewisse blijven en hun levensomstandigheden verslechteren. Verslagen uit de stad Arak, Iran, geven aan dat veiligheidstroepen vreedzaam protesterende arbeiders van Azarab hebben aangevallen. De oproerpolitie en de veiligheidstroepen botsten met demonstranten in de fabriek. De politie gebruikte vervolgens traangas tegen de demonstranten. De repressiekrachten vielen de mensen aan met stokken en verwondden verschillende arbeiders. Een groot aantal gewonde Azarab-werknemers ging naar het ziekenhuis nadat ze door de veiligheidstroepen waren geslagen. Naar verluidt zijn de veiligheidstroepen vervolgens naar het ziekenhuis gegaan om de gewonde werknemers te arresteren, die daardoor gedwongen werden het ziekenhuis zonder behandeling te verlaten. (…)” De arbeiders van Azarab, Arak “blokkeerden de noord-zuidspoorweg op de 12e dag van hun protest, en verzetten zich tegen de aanvallen en traangasgranaten van de veiligheidstroepen. (…) In een ander geval kwamen de gepensioneerde werknemers van de Isfahan Staal Fabriek bijeen in de centrale stad Isfahan, Iran, om hun uitgestelde pensioenen en rechten op te eisen. De Iraanse arbeiders van de Haft Tappeh Suikerriet Fabriek in de zuidwestelijke stad Shush zetten hun stakingsactie vandaag voor de 28ste dag voort. Ze eisen een einde aan de privatisering van de fabriek en van de vervolging van arbeiders, de vrijlating van gedetineerde arbeiders en de terugkeer van ontslagen arbeiders.” (Bron)
Van groter belang zijn de massabewegingen in Libanon en Irak, die een onmiddellijke bedreiging vormen voor de aanwezigheid van het Iraanse imperialisme in deze landen. Dit blijkt uit een recente rede van Khamenei.
KHAMENEI EN INTERNE SPANNINGEN IN IRAN
Tijdens een militaire ceremonie in Teheran afgelopen woensdag, beweerde Khamenei dat de protesten in Irak en Libanon het werk zijn van Amerika en westerse landen. De leider van de Islamitische Republiek richtte zich tot de demonstranten in Irak en Libanon en zei dat zij hun eisen moeten stellen door middel van “wettelijke structuren” en “het herstel van de veiligheid tot hun prioriteit maken”. Dat is een liedje dat de arbeiders in Amerika en westerse landen inmiddels ook kennen. Jeanne Hennis, oud-minister van Defensie van Nederland, tegenwoordig hoogste vertegenwoordiger van de VN in Irak, twitterde al op 5 oktober: “Diep bedroefd door het zinloze verlies van levens. Vijf dagen van meldingen van doden en gewonden: dit moet stoppen. Ik roep alle partijen op om te pauzeren en na te denken. Degenen die verantwoordelijk zijn voor het geweld moeten ter verantwoording worden geroepen. Laat de geest van eenheid zegevieren over Irak.” Daaruit mag duidelijk zijn dat de sociale onrust niet alleen alle regimes in het Midden-Oosten bedreigt, maar dat ook de grootmachten zich ongerust beginnen te maken, net als trouwens over de golf van protesten die Zuid-Amerika overspoelt.
Eerder had Mahmoud Vaezi, de stafchef van President Rouhani, zich in dezelfde zin als Khamenei uitgelaten. Hij beschuldigde de Verenigde Staten, Israël en Saudi-Arabië van betrokkenheid bij de protesten in Libanon en Irak en zei: “Hun doel is om een beeld te geven van corruptie bij de geestelijkheid en de legale politieke partijen van Irak en ook om een kloof te creëren tussen Iran en Irak.”
Deze schijnbare eensgezindheid tussen de “hervormers” en de “conservatieven” in het Ayatollah-regime kan echter niet verhullen dat de sociale onrust in Iran zelf en in de regio, en de druk die deze sociale onrust uitoefent op de Iraanse aanwezigheid in Libanon en Irak, tot ernstige spanningen binnen het regime leidt:
“Deze opmerkingen worden gemaakt op een moment dat de Iraakse demonstranten ook leuzen tegen het regime van de Islamitische Republiek Iran hebben geroepen en in Libanon de demonstranten botsen met de door Iran gesteunde Hezbollah-troepen. Vaezi had ook sterke kritiek op degenen die zich verzetten tegen de wetsvoorstellen van de Financial Action Task Force (FATF) die in het parlement worden aangenomen. De wetsvoorstellen tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme worden sterk tegengewerkt door degenen die dicht bij de hoogste leider van de Islamitische Republiek staan. Vaezi bekritiseerde ook de staats-TV dat deze slechts de oppositionele kant van het debat in deze zaak naar voren stelt en zelfs de speeches van de president bewerkt.” (Bron).
Kijk eens aan, “het beeld van corruptie bij de geestelijkheid en de legale politieke partijen van Irak” geldt blijkbaar ook voor Iran.
IRAK: werklozenoproer
Sinds 1 oktober bereiken ons berichten dat het oproer van werkloze jongeren (rond 60% van de bevolking van Irak) en ex-strijders tegen IS in het zuiden van Irak weer is opgevlamd, nadat de rellen van zomer 2018 uitgedoofd leken. De protesten tegen werkloosheid en corruptie, tegen het gebrek aan de meest elementaire voorzieningen zoals water en elektriciteit, verspreiden zich opnieuw, nu over het hele land, van Basrah in het zuiden tot Kirkuk in het noorden, ook in hoofdstad Baghdad waar demonstranten proberen de ‘groene zone’ van regeringsgebouwen en ambassades binnen te dringen. Irak heeft een van de grootste oliereserves ter wereld en is de op een na grootste olieproducent in de OPEC. De bevolking weet waarom ze in bittere armoede leeft: Irak staat ook hoog op de lijst van landen met de meeste corruptie, fraude, en wanbeheer van staatsinstellingen. De gehele bevolking in deze regio is van sjiitische afkomst, evenals de regering in Bagdad. Het is zelfs zo dat de plaatselijke religieuze autoriteiten staatsfuncties uitoefenen, wat verklaart waarom ze een geliefd doelwit zijn van de protesten. De shiitische milities – gesteund door het naburige Iran – proberen tevergeefs de protesten neer te slaan. In de zomer van 2018 zijn de rellen in het zuiden van Irak overgeslagen naar Iran. Om herhaling te verhinderen heeft Iran dit jaar de grenzen met Irak gesloten voor bijvoorbeeld Iraanse bedevaartganger naar Irak. De shiitische regering in Baghdad en de shiitische geestelijkheid hebben van alles geprobeerd om het oproer te beëindigen, van paaien tot dreigen. Maar vooral hebben de veiligheidsdiensten, politie en leger van Irak, geholpen door Iraanse milities, gepoogd de revolte bloedig neer te slaan, zodanig dat inmiddels 250 doden en talloze gewonden zijn gevallen.
LIBANON: RELIGIEUZE VERDEELDHEID TE BOVEN
In Libanon komt een volksbeweging op tegen de corruptie van de elite die haar macht ontleent aan de traditionele religieuze verdeeldheid. De protesten zijn niet tegen te houden met concessies van een regering die elke geloofwaardigheid is verloren. Het leger en de veiligheidsdiensten – de staatsorganen die nog het meest boven de religieuze verdelingen staan – probeert de protesten binnen de perken te houden. Bijvoorbeeld door de kapper Adnan Al Abdellah te “beschermen” – en te dwingen tot matiging – die elke avond uit een van de proletarische wijken komt om dagelijks de massa’s toe te spreken in het sjieke centrum van Tripoli (Melvyn Ingleby, in Trouw, 29-10-2019, p.11). Maar sinds kort zijn met knuppels bewapende bende’s van Amal en het door Iran gesteunde Hezbollah (machtiger dan het leger van Libanon) begonnen vreedzame demonstranten in elkaar te slaan. Vooralsnog zonder resultaat.
PERSPECTIEVEN
Sinds december 2017 hebben we vijf golven van proletarische strijd in het Midden-Oosten gezien. De protesten, rellen en oproerige bewegingen van oktober 2019 dragen de belofte in zich van een massabeweging die de wereld op haar grondvesten kan doen beven. Wanneer kunnen deze perspectieven werkelijkheid worden? Rosa Luxemburg wees er naar aanleiding van de Russische Revolutie van 1905 op dat proletarische massabewegingen na elke terugval in een nieuwe stormloop tegen de macht van de staat de lessen van vorige beweging kunnen opnemen. Ik herhaal hier niet wat ik begrepen heb als lessen van de vorige vijf strijdgolven, maar beperk me tot wat me op dit moment het belangrijkste lijkt:
- uitbreiding van de strijd van werkloze proletariërs naar de bedrijven, naar de werkende arbeiders, en uiteindelijk naar de olie-industrie
- begrip dat de arbeidersklasse internationaal is, tegen elk nationalisme, tegen elke verdeling naar religie, sekse, taal
- maak een einde aan de imperialistische oorlogen door de wapens om te keren in de richting van onze uitbuiters en onderdrukkers, die de jonge generatie in telkens andere imperialistische conflicten jagen.
F.C. 31-10-2019
Eerder geplaatste artikelen over Iran.
[…] aus dem Niederländischen Orginal mit Hilfe von http://www.DeepL.com/Translator. Wenn mir doch Fehler sind unterlaufen, schreibe mich […]
LikeLike